26 mei – 7 juli 2013
Het werk van Krista Van der Niet, Edwin Deen en Koen Hauser appelleert aan onze esthetische ervaring. Het is mooi, en associatief past het erg goed bij elkaar. Dat zou op zich al een prachtige reden zijn om een tentoonstelling samen te stellen, een presentatie waarin hun werk elkaar complementeert. Het is echter nog boeiender om te zien hoe hun uiteenlopende werkmethodes en disciplines elkaar beroeren en hoe hun werk elkaar vindt in de aansturing op een bovenzintuiglijke ervaring. Zo kunnen in de werken van Van der Niet futiliteiten een eigenwaarde krijgen, verhaalt Hauser in de tussenruimten van een beeldsequentie en kan in het werk van Deen de meerwaarde van een georchestreerd collectief voelbaar worden.
Hier worden haar fijngevoelige kwaliteiten op het gebied van compositie, kleur en verhouding zeer duidelijk zichtbaar. Ze kneedt en stileert de kleinste details waardoor een helderheid en directheid van het beeld wordt bereikt. In al die helderheid wordt het beeld tijdloos en tegelijkertijd toegankelijk. Om haar perceptie overdraagbaar te maken is zij de sturende factor in de kijkrichting van de toeschouwer. Op dit punt wordt de beeldhouwer fotograaf en sta je samen met haar stil.
Zelf zegt ze dat ze geen gewichtige belangrijke boodschap communiceert, maar daar kun je over redetwisten. De temporisatie en de oase van rust, die je tegemoet komt wanneer je haar werk bekijkt, zorgt voor onthaasting en confronteert je met je onoplettendheid en ongeduld. Het is een scherprechter die je besluipt, en je laat weten dat het moeilijk is om vanuit jezelf dingen op waarde te schatten.
Krista stelde in de afgelopen jaren op verschillende nationale en internationale podia tentoon waaronder Foam, het Bijbels Museum, Cobra Museum, Coming Soon Galerie (Frankrijk), ACF Amsterdam en Buitenplaats Beeckestijn. Ze werkt(e) in opdracht voor onder andere VPRO-Gids, KesselsKramer, Stadsschouwburg Journaal, Stadsschouwburg Utrecht, Theater aan het Spui, Volkskrant Magazine en Arts Holland Magazine.
Edwin is een moderne jutter; het verzamelen van trivia en aanleggen van collecties zijn een wezenlijk onderdeel van zijn werkmethode. In zijn verzamelingen van futiele objecten krijgt ieder onderdeel zijn meerwaarde door de nieuwe context waarin ze worden geplaatst. Niet alleen doordat hij het geheel (de verzameling) presenteert in een kunstruimte waar de toeschouwer ‘op zijn hoede is voor betekenis’, maar vooral doordat de verzameling de schoonheid van ieder onderdeel bekrachtigt. Hier en daar grijpt hij in door het verwijderen van informatiedragers van de producten waardoor het eerder genoemde basismateriaal een pure vorm blijkt te hebben. Het versterkt de mogelijke vergelijking van de waarde of betekenis van een object in verschillende contexten.
Voor de tentoonstelling bij LhGWR maakt Deen onder andere een ‘Local Collection’. De omgeving van LhGWR wordt binnenstebuiten gehaald op zoek naar een plaatsgebonden verzameling.
Naast zijn installaties en sculpturen maakt Deen ook werk gebaseerd op experiment, waarbij hij kwaliteiten van objecten vanuit een natuurkundig perspectief benadert. Deen beoogt een transformatie plaats te laten vinden die zowel fysisch als visueel is. Het exacte resultaat van deze experimenten staat nooit vast, van tijd tot tijd mislukken ze zelfs. Het doel is een esthetisch resultaat te verkrijgen, en zo de beeldende kwaliteit van het experiment op te zoeken. Tegelijkertijd streeft hij er ook naar om het publiek te laten zien waar hij verborgen talenten van een object denkt te herkennen.
Edwin Deen studeerde af aan de Gerrit Rietveld Academie in 2009 waar hij sinds 2011 als docent en mentor werkzaam is in het basisjaar. Met zijn eindexamenwerk won hij de Art Olive Award 2009 en een jaar later ontving hij ook de Crazy Curators Award voor een serie kleine installaties. In de afgelopen paar jaar stelde hij tentoon bij onder andere W139, Galerie Juliètte Jongma, Museum Beeckestijn, Ampelhaus (Oranienbaum), Studio Zeta (Milaan) en Galeria Fundacja Atelier (Warschau).
Hauser’s liefde voor verzamelingen kent een grote gelijkenis met die van Deen. Ook in Hauser’s werk gaan losse elementen een dialoog met elkaar aan. Waar Deen ingaat op de relatie tussen de objecten en op de contextuele referenties zoekt Hauser naar het verhaal tussen een sequentie van beelden. Komend uit de modefotografie maakt hij met speels gemak gebruik van een esthetische toenadering van zijn publiek om hen vervolgens mee te nemen in de werkelijke toedracht van zijn werken.
Zo introduceert hij de mens in deze tentoonstelling vol objecten, maar gebruikt het lichaam om te verhalen. Hij presenteert zijn diaserie Amethyst, dat op een pijnlijke en tegelijkertijd poëtische wijze het proces van menselijk verval inzichtelijk maakt.
Hauser studeerde af in 1996 aan de Rijksuniversiteit van Leiden waar hij de masteropleiding sociale psychologie volgde, om later nog de opleiding fotografie aan de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam te voltooien. Na zijn opleiding gaf hij les aan diezelfde academie en aan de Willem de Kooning Academie in Rotterdam. Hij ontving enkele malen een beurs van het Fonds BKVB en stelde tentoon op aansprekende plekken als Het Stedelijk Amsterdam, Het Nederlands Fotomuseum, Nederlands Historisch Museum, Seelevel Gallery, Galerie van Zoetendaal, Galerie 37 Spaarnestad, Vlaams Cultuurhuis de Brakke Grond, GEM Den Haag en l’institut Néerlandais (Parijs).
Zijn werk is gepubliceerd in een reeks aansprekende tijdschriften zoals Avantgarde, Avenue, l’Officiel, Blend, Spoon Magazine, Esquire USA, Capricious, Under/Current, Volkskrant magazine, Oog, Mr Motley, Kunstbeeld en Foam magazine.
Meer over de tentoonstelling